Onderwijs aan huis
Leerlingen vanaf 5 jaar (d.w.z. leerlingen die 5 jaar of ouder zijn geworden voor 1 januari van het lopende schooljaar) hebben recht op tijdelijk onderwijs aan huis, synchroon internetonderwijs of een combinatie van beiden (kleuter- of lager onderwijs; 4 lestijden per week) indien volgende voorwaarden gelijktijdig vervuld zijn:
1. De leerling is meer dan 21 kalenderdagen ononderbroken afwezig
wegens ziekte of ongeval (vakantieperiodes meegerekend).
2. De ouders hebben een schriftelijke aanvraag ingediend bij de directeur
van de thuisschool. De aanvraag is vergezeld van een medisch
attest waaruit blijkt dat het kind de school niet of minder dan
halftijds kan bezoeken en dat het toch onderwijs mag volgen.
3. De afstand tussen de school (vestigingsplaats) en de verblijfplaats
van betrokken leerling bedraagt ten hoogste 10 km.
Specifieke situatie bij chronische ziekte (=een ziekte die een continue of repetitieve behandeling van minstens 6 maanden noodzaakt):
1. voor chronisch zieke kinderen vervalt de wachttijd van 21
kalenderdagen. Deze kinderen hebben recht op 4 uur tijdelijk
onderwijs aan huis na 9 halve schooldagen afwezigheid
(moeten niet in een ononderbroken periode doorlopen). Telkens het
kind daarop opnieuw 9 halve schooldagen afwezigheid heeft
opgebouwd, heeft het opnieuw recht op 4 uur tijdelijk onderwijs
aanhuis;
2. voor chronisch zieke leerlingen moet bij de eerste aanvraag
tijdens het betrokken schooljaar een medisch attest worden
gevoegd, uitgereikt door een geneesheer-specialist, dat het
chronisch ziektebeeld bevestigt en waaruit blijkt dat het kind
onderwijs mag krijgen. Bij een nieuwe afwezigheid ten gevolge
van deze chronische ziekte tijdens hetzelfde schooljaar is
geen nieuw medisch attest vereist. Er dient wel een nieuwe
aanvraag voor tijdelijk onderwijs aan huis ingediend te worden.